Alfa Romeo 147 1.9 JTD 8V da 03/03 a 09/03 – PORTIERVERGRENDELING – – 3 porte – ELEKTRISCH SCHEMA, OPSTELLING COMPONENTEN, BESCHRIJVING VAN DE WERKING – ELEKTRISCH SCHEMA, OPSTELLING COMPONENTEN, BESCHRIJVING VAN DE WERKING
Antenne voor ontvanger alarm en portiervergrendeling
-
BeschrijvingDe bediening van de portiersloten vindt gelijktijdig plaats via een commando:van de sleutel;van de vergrendelknopjes op de portieren;van de druktoets op het dashboard;van de afstandsbediening.De bediening van de sloten wordt geregeld door de Body Computer, die regelt:de stand van de sloten via signalen die door schakelaars op de vier portiersloten worden geleverd (het tijdrelais voor de interieurverlichting gebruikt dezelfde signalen). Het 'vergrendel'-commando wordt uitsluitend uitgevoerd als alle portieren goed gesloten en de sloten ontgrendeld zijn; het 'ontgrendel'-commando wordt alleen uitgevoerd als de portiersloten vergrendeld zijn;de stand van de schakelaars. Als deze stand niet overeenkomt met het commando (bijvoorbeeld omdat na een vergrendelcommando een portier openstaat), dan wordt het commando 'geweigerd' en een tegengesteld commando gegeven om alle sloten in dezelfde stand te zetten.als de regeleenheid een reeks snel opeenvolgende ver-/ontgrendelcommando moet uitvoeren - ten minste 10-11 binnen 25 seconden - dan schakelt een begrenzing in, waardoor de sloten circa 30 seconden in de ontgrendelde stand blijven staan.als de accuspanning onder 8-10 V zakt tijdens het ver-/ontgrendelen, dan onderbreekt het systeem de werking. Als de accuspanning voor het commando lager is dan 8 V, dan wordt het commando niet uitgevoerd.Met de signalen van de signaleringsschakelaars geopende portieren (en achterklep) wordt, als het contactslot op MAR staat, het bijbehorende lampje op het instrumentenpaneel ingeschakeld. De antenne van de ontvanger voor de afstandsbediening is direct met de Body Computer verbonden, waarin zich ook de elektronica van de ontvanger bevindt: de afstandsbediening in de sleutel is voorzien van twee gescheiden druktoetsen: een vergrendel- en ontgrendeltoets (met een derde toets wordt de achterklep ontgrendeld 3027215ZieE3046KOFFERDEKSELONTGRENDELING ). Als binnen 60 seconden nadat het ontgrendelcommando is gegeven geen portier/achterklep is geopend en het contactslot niet op MAR is gezet, dan worden de sloten automatisch VERGRENDELDDe ver-/ontgrendelschakelaar bevindt zich op de middenconsole: als de portieren vergrendeld zijn, dan worden met de schakelaar de portieren ontgrendeld; als ze ontgrendeld zijn, dan worden ze vergrendeld; bovendien gaat de LED achter de schakelaar branden.Het circuit van de portiervergrendeling wordt beschermd door een aparte zekering in de zekeringen- en relaiskast onder het dashboard.
Antenne voor ontvanger alarm en portiervergrendeling
-
Functiebeschrijving De portiervergrendeling in de Body Computer M1 - pen 1, stekker F - wordt gevoed via zekering F38 in zekeringen- en relaiskast onder het dashboard B2 ; er is bovendien een speciale massa-aansluiting: pen 20, stekker F. De Body Computer M1 ontvangt de ingangssignalen:de 'vergrendelsignalen' van de vergrendelknopjes (of de sleutel in het slot) op pen 24 (portier linksvoor - N50 ) en 17 (portier rechtsvoor - N51 ) van stekker E.de 'ontgrendelsignalen' van de vergrendelknopjes (of de sleutel in het slot) op pen 34 (portier linksvoor - N50 ) en 35 (portier rechtsvoor - N51 ) van stekker E.de signalen 'geopend portier' op pen 8 (portier linksvoor - N50 ) en 25 (portier rechtsvoor - N51 ) van stekker E;het signaal van de ver-/ontgrendelschakelaar in schakelaarpaneel H12 , op pen 12, stekker D; (de schakelaar wordt verlicht bij vergrendelde portieren vanaf het contactslot (INT) via zekering F49 in zekeringen- en relaiskast B2 );de signalen van de antenne van de ontvanger P93 worden geleverd aan pen 21 en 31 van stekker A. De Body Computer M1 regelt, zoals hiervoor beschreven, de motoren van de sloten in de portieren (linksvoor N50 en rechtsvoor N51 ) vanaf pen 10 en 11 van stekker F. Via het CAN is de Body Computer M1 verbonden met instrumentenpaneel E50 , waaraan een signaal wordt geleverd, waardoor, zo nodig, het lampje 'geopend portier' gaat branden.
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen213029702-7040A37AFDEKKLEPJE zekeringenop dashboard - U.I.1. Maak de stekkers (1a, 1b, 1c, 1d, 1e, 1f) aan de voorzijde los.2. Draai de bevestigingsbouten van de regeleenheid los.3. Draai de aangegeven bevestigingsbouten van de dashboardbekledinglos.2004865
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Controleer of de contactsleutel in stand 'STOP' staat en maakde minklem (-) los van de accu. 2. Open het deksel van de 'maxi-fuse'-houder.3. Draai de bevestigingsbouten van de 'maxi-fuse'-houder aan deaccu los.4. Draai de bevestigingsbout op de plusklem (+) van de accu ietslos.5. Maak de 'maxi-fuse'-houder los van de accu en verplaats de houderopzij.2004975
5530B14
Houd de volgende voorzorgsmaatregelenaan.769768768
5530B18
Houd de volgende voorzorgsmaatregelenaan.769Met de accu met de optische zuurweger kaneen globale indicatie van het elektrolytniveau en de ladingstoestandworden gecontroleerd, afhankelijk van de kleur van de zuurweger: een lichte en heldere kleur geeft een telaag elektrolytniveau aan: vul bij met gedistilleerd water;een donkere kleur zonder groen in het middengeeft een juiste elektrolytniveau aan, maar een lage ladingstoestand:laad de accu; een donkere kleur met groen in het middengeeft een juist elektrolytniveau en juiste ladingstoestand aan:er hoeven geen werkzaamheden te worden uitgevoerd. Zie voor meer informatie BESCHRIJVINGENEN WERKING - 5530768Voer de volgende werkzaamheden uit.Controleer de onbelaste accuspanning m.b.v.goedgekeurde meetapparatuur (bijv. 'MICRO 360'). Voer, afhankelijk van de gemeten spanning,de volgende werkzaamheden uit.Bij een onbelaste spanning lager dan 12,10V, moet de accu worden vervangen (). 5530B10).Bij een onbelaste spanning hoger dan 12,10V, maar lager dan 12,50 V, moet de accu worden geladen (). 5530B14).Bij een onbelaste spanning hoger dan 12,50V is de accu voldoende geladen.Vul zonodig op de volgende wijze het elektrolytbij.Verwijder voorzichtig de celdoppenstrip.Vul bij met gedesioniseerd en gedestilleerdwater, waarbij lekkage van elektrolyt moet worden voorkomen.768
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen21Zet de auto op een brug.Open de motorkap.1. Maak de borgingen (1a) los en verwijder het deksel (1b).2004980
5530B40
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen21Open de motorkap.1. Maak de borgingen (1a) los en verwijder het deksel (1b). 2004986
5530B52
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen21Ga verder met het uitbouwen 3029434-5530B10ACCU - U.I. .1. Verwijder het deksel van de zekeringen- en relaiskast.2. Draai de moer (2a) los en maak de massakabel (2b) van de zekeringen-en relaiskast los.2004990
5530B60
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen213029434-5530B10ACCU - U.I.1. Verwijder de opvangbak onder de accu.2. Draai de bouten (2a) los en de bevestigingsbout (2b) van de accuhouderiets los.3. Verplaats de accuhouder iets.4. Maak de bevestigingsdop van de riem los.5. Verwijder de riem.2005002
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Verwijder de borgingen van het schakelaarpaneel van het dashboard.2. Maak de stekker los.3. Verwijder het schakelaarpaneel.2005045
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Bedien zonodig de hefboom voor de stuurhoogteverstelling.2. Draai de bevestigingsbouten van de onderste bekleding los.3. Verwijder de onderste bekleding door deze los te maken van deinwendige borgingen en het stuur.2004920
