Elektrisch schema - ELEKTRONISCH GEREGELDE LPG-INSPUITING - Fiat DUCATO 2.0 16V da 03/05
Componenten - ELEKTRONISCH GEREGELDE LPG-INSPUITING - Fiat DUCATO 2.0 16V da 03/05
Code van component | Omschrijving | Verwijzing naar unit |
B034 | ZEKERING LPG-VERSTUIVERS | - |
B069 | ZEKERING BESCHERMING MAGNEETKLEPPEN TOEVOER / TERUGVOER LPG | - |
B099 | MAXIZEKERINGENHOUDER OP ACCU | - |
B101 | EXTRA ZEKERINGEN- EN RELAISKAST ONDER DASHBOARD | - |
C001 | MASSA ACCU | - |
C063 | MASSA REGELEENHEID INSPUITING LPG | - |
D188 | STEKKER LPG / MOTOR | - |
D189 | STEKKER LPG / DASHBOARD | - |
J024 | RELAIS MAGNEETKLEPPEN LPG | - |
J026 | RELAIS VOEDING LPG | - |
J145 | RELAIS TERUGVOERMAGNEETKLEP LPG | - |
K053 | DRUKSENSOR LPG | - |
K185 | STROOMSENSOR ELEKTRISCHE POMP LPG | - |
L095 | MAGNEETKLEP TOEVOER LPG | - |
L096 | MAGNEETKLEP TERUGVOER LPG | - |
M018 | REGELEENHEID LPG | - |
N073 | ELEKTROVERSTUIVER LPG | - |
Beschrijving - ELEKTRONISCH GEREGELDE LPG-INSPUITING - Fiat DUCATO 2.0 16V da 03/05
Het benzinesysteem wordt geregeld door een regeleenheid, die zowel de ontsteking als de inspuiting regelt.Het LPG-systeem wordt geregeld door een andere regeleenheid die de LPG-inspuiting en de omschakeling tussen LPG en benzine regelt. De omschakeling kan automatisch of handmatig, met een schakelaar op het dashboard, plaatsvinden.De twee regeleenheden zijn met elkaar verbonden via een snelle CAN-verbinding. Hierdoor werkt de motor optimaal onder alle bedrijfsomstandigheden en met elk type brandstof.Op basis van de signalen die van diverse sensoren afkomstig zijn, sturen de twee regeleenheden de actuatoren aan voor het regelen van:benzinetoevoer;LPG-toevoer;luchttoevoer;motorkoelsysteem;benzinedamp-opvangsysteem;controle van de verbranding via lambdasondes;uitlaatgasregeling met katalysator.Deze uitvoering van het systeem is voorzien van het EOBD (European On Board Diagnosis) - dat voldoet aan de Europese Richtlijn 98/69 (EURO 3). Hiermee is een doorlopende diagnose mogelijk van de componenten van de auto die van invloed zijn op de emissie - als op benzine wordt gereden. Bovendien wordt door het branden van het bijbehorende lampje een defect in de componenten weergegeven.Het systeem voert onder andere een diagnose uit van:de katalysator (die bij een storing de schadelijke uitlaatgassen niet omzet);de lambdasondes;het ontbreken van een ontsteking, waardoor de onverbrande brandstof de katalysator kan bereiken en de thermische conversiereacties een verhoging van de temperatuur opleveren, waardoor de katalysator wordt beschadigd.Het LPG-systeem vormt een aanvulling op het basissysteem en wijzigt de werking van het basissysteem onder geen enkele bedrijfsomstandigheid.De speciale LPG-regeleenheid regelt de sequentieel gefaseerde inspuiting en de werking van de LPG-afsluitmagneetkleppen en de LPG-pomp; bovendien wordt de uitschakeling van de benzinepomp geregeld.De inspuiting vindt rechtstreeks plaats door aansturing van de speciale LPG-elektro-inspuitventielen.De regeling van de ontstekingsvervroeging wordt verkregen door de wijziging van de ontstekingsvervroeging naar de basisregeleenheid te sturen. Deze wordt toegevoegd aan de vervroeging bij werking op benzine. Deze communicatie loopt via de CAN-verbinding tussen beide regeleenheden. De overige functies van de basisregeleenheid worden normaal uitgevoerd en alle ingangssignalen blijven ongewijzigd.De motor werkt normaal op LPG.Als het LPG op is (druk onder een bepaalde waarde), dan schakelt de LPG-regeleenheid automatisch over op benzine, waarbij gelijktijdig het bijbehorende controlelampje gaat branden.Zodra er LPG is getankt, schakelt het systeem automatisch over naar LPG.
Beschrijving van de werking - ELEKTRONISCH GEREGELDE LPG-INSPUITING - Fiat DUCATO 2.0 16V da 03/05
De LPG-inspuitregeleenheid M018 wordt op pen 1, stekker B, gevoed vanaf de accu via zekering F18 in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001; op pen 34 wordt de voeding vanaf het contactslot via zekering F24 in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001 ontvangen.Via pen 23 en 28 wordt via het CAN gecommuniceerd met inspuitregeleenheid M010, pen H4 en H3 van stekker A.Relais benzinetoevoer J026 wordt gevoed op pen 30 vanaf de accu via zekering F91 in de zekeringenhouder B034; pen 85 wordt direct vanaf de accu gevoed via zekering F24. Tijdens het starten bekrachtigt LPG-inspuitregeleenheid M018 vanaf pen 68, stekker A, de spoel van voedingsrelais benzinetoevoer J026 (pen 86), waardoor het inwendige contact sluit en de voeding wordt geleverd aan LPG-inspuitventielen N073 vanaf pen 87, aan de spoel in het uitschakelrelais benzinetoevoer J027 (pen 85) en aan pen 59, 80 en 66 van LPG-inspuitregeleenheid M018. Pen 74 van LPG-inspuitregeleenheid M018 bekrachtigt de spoel van het uitschakelrelais benzinetoevoer J027 op pen 86. Dit relais levert de accuvoeding aan elektropomp N041 (pen 4) via zekering F22 in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001.Relais LPG-magneetkleppen J024 wordt net als het relais voor de retourafsluitklep J145, gevoed op pen 30 vanaf de accu via zekering F90 in de zekeringenhouder B069; pen 85 wordt vanaf het contactslot gevoed via zekering F24. Na het aanslaan van de motor zendt de LPG-inspuitregeleenheid M018 vanaf pen 54 en 67, stekker A een minsignaal naar de spoelen in het relais LPG-magneetkleppen J024 en relais retourafsluitklep J145 op pen 86; de inwendige contacten van de relais sluiten en voeden vanaf pen 87 de LPG-toevoermagneetklep L095 en de LPG-retourmagneetklep L096. De LPG-inspuitregeleenheid M018 schakelt vanaf pen 74, stekker A de voeding van elektropomp N041 uit door het contact in het uitschakelrelais benzinetoevoer J027 te openen.Vanaf pen 64, 57, 63, 56 op de regeleenheid worden de inspuitventielen N073 bediend.Traagheidsschakelaar I050 levert de massa aan elektropomp N041 op pen 3, aan de LPG-toevoermagneetkleppen L095 en de LPG-retourmagneetklep L096.De LPG-inspuitregeleenheid M018 is met pen 30, stekker B aangesloten op de LPG-druksensor K053 en levert de voeding vanaf pen 16 en 22, stekker B. De absolute-druksensor K048 ontvangt de plusvoeding vanaf pen C3 van stekker C op regeleenheid M010 en de referentiemassa vanaf pen 33, stekker B op LPG-inspuitregeleenheid M018. Het signaal wordt verzonden naar pen C1, stekker C van inspuitregeleenheid M010 en pen 44, stekker B van LPG-inspuitregeleenheid M018. De luchttemperatuursensor K042 is aangesloten op pen A2 van stekker B op inspuitregeleenheid M010 en ontvangt de referentiemassa van pen 33, stekker B van LPG-inspuitregeleenheid M018.Dezelfde referentiemassa wordt ook geleverd aan inspuitregeleenheid M010 op pen A3 van stekker B.Er kan met de hand van benzine op LPG (en omgekeerd) worden overgeschakeld m.b.v. benzine/LPG-schakelaar H094. De benzine/LPG-schakelaar H094 wordt op pen 3 en 6 gevoed door de LPG-inspuitregeleenheid M018 vanaf pen 16 en 22, stekker B. Pen 2, 4 en 1 van de benzine/LPG-schakelaar H094 zijn respectievelijk aangesloten op pen 47, 10 en 60, stekker B van de LPG-inspuitregeleenheid. De benzine/LPG-schakelaar H094:levert vanaf pen 2 het signaal aan de LPG-inspuitregeleenheid M018 over de gewenste brandstof (benzine/LPG);ontvangt op pen 4 het signaal van de LPG-inspuitregeleenheid M018 over de gebruikte brandstof (benzine/LPG);pen 1 ontvangt het signaal van het LPG-niveau in de tanks.De stroomsensor voor de LPG-elektropomp K185 is aangesloten op pen 6 en 41, stekker B van LPG-regeleenheid M018 en ontvangt twee typen voeding: een directe vanaf de accu op pen 2 via zekering F90 in de zekeringenhouder B069 als het contact van het relais voor de LPG-magneetklep J024 is gesloten en via het contactslot op pen 3 via zekering F24 in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001.Vanaf pen 5 op de sensor wordt de LPG-pomp N175 gevoed, die via de traagheidsschakelaar I050 op massa is aangesloten; de traagheidsschakelaar onderbreekt bij een ongeval de voeding. Pen 22, stekker B van LPG-regeleenheid M018 levert de referentiemassa aan pen 2 van de LPG-pomp N175; via een inwendige variabele weerstand geeft de elektropomp informatie over het LPG-niveau door aan de regeleenheid.Pen 6 van elektropomp N175 is op massa aangesloten.De inspuitregeleenheid M010 levert de plusvoeding vanaf pen E1 op stekker C aan de fasesensor K047 en aan de gasklepsensor K056. De referentiemassa wordt geleverd door inspuitregeleenheid M010 vanaf pen A2 van stekker C aan de sensoren K047 en K056, en aan pen 11 en 32, stekker B, van de LPG-inspuitregeleenheid M018. Het signaal van de fasesensor K047 wordt verzonden naar pen F3 van stekker B op inspuitregeleenheid M010 en naar pen 12, stekker B van LPG-inspuitregeleenheid M018. Het signaal van de gasklepsensor K056 wordt verzonden naar pen B4 van stekker B op inspuitregeleenheid M010 en naar pen 43, stekker B, van LPG-inspuitregeleenheid M018. De twee lambdasondes voor en achter de katalysator K017 en K018 en de benzinedampafsluitklep L010 worden vanaf de accu gevoed via zekering F11 in zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001 en bediend via een apart relais; het relais wordt bediend door de inspuitregeleenheid M010 vanaf pen A4 van stekker B en pen F3 van stekker C. Lambdasonde K018 ontvangt de referentiemassa vanaf pen E2 op stekker B van inspuitregeleenheid M010 en levert het signaal aan de LPG-inspuitregeleenheid M018 op pen 35 en 46 en aan regeleenheid M010 aan pen A3 en B3 van stekker C. Lambdasonde K017 ontvangt de referentiemassa en levert het signaal aan regeleenheid M010 op pen D3 en E3 van stekker B. Pen F2 van stekker C op regeleenheid M010 regelt de werking voor benzinedampafsluitklep L010.De motortoerentalsensor K046 wordt gevoed door inspuitregeleenheid M010 vanaf pen B1 op stekker C en door de LPG-inspuitregeleenheid M018 vanaf pen 51, stekker A. De sensor levert het signaal aan de regeleenheden M010 (pen B2, stekker C) en M018 (pen 52, stekker A).De inspuitventielen N073 worden gevoed door de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001 via zekering F17 en worden bediend door de inspuitregeleenheid M010 vanaf pennen H2, H3, G2 en G3 van stekker C.De bobine A030 wordt gevoed via hetzelfde circuit via zekering F17 in zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001 en wordt aangestuurd door de inspuitregeleenheid M010 van pen H3 en G3 van stekker B.Pen E4 en D4 van stekker B op de inspuitregeleenheid M010 zijn aangesloten op de koelvloeistoftemperatuursensor K036.Pen 15, stekker B, van de LPG-inspuitregeleenheid is aangesloten op pen 15 van diagnosestekker R010.Op pen 7 van diagnosestekker R010 worden de signalen ontvangen van pen 3, stekker A, op de LPG-inspuitregeleenheid M018 en van pen H2 op stekker A van inspuitregeleenheid M010.
Opstelling van de componenten - ELEKTRONISCH GEREGELDE LPG-INSPUITING - Fiat DUCATO 2.0 16V da 03/05
Code van component | Omschrijving | Verwijzing naar unit |
B034 | ZEKERING LPG-VERSTUIVERS | - |
B069 | ZEKERING BESCHERMING MAGNEETKLEPPEN TOEVOER / TERUGVOER LPG | - |
B099 | MAXIZEKERINGENHOUDER OP ACCU | - |
B101 | EXTRA ZEKERINGEN- EN RELAISKAST ONDER DASHBOARD | - |
C001 | MASSA ACCU | - |
C063 | MASSA REGELEENHEID INSPUITING LPG | - |
D188 | STEKKER LPG / MOTOR | - |
D189 | STEKKER LPG / DASHBOARD | - |
J024 | RELAIS MAGNEETKLEPPEN LPG | - |
J026 | RELAIS VOEDING LPG | - |
J145 | RELAIS TERUGVOERMAGNEETKLEP LPG | - |
K053 | DRUKSENSOR LPG | - |
K185 | STROOMSENSOR ELEKTRISCHE POMP LPG | - |
L095 | MAGNEETKLEP TOEVOER LPG | - |
L096 | MAGNEETKLEP TERUGVOER LPG | - |
M018 | REGELEENHEID LPG | - |
N073 | ELEKTROVERSTUIVER LPG | - |