BeschrijvingIn deze auto wordt een opbouw vande elektrische verbinding toegepast, dat CAN (Controler Area Network)wordt genoemd: dit is een software en hardware oplossing, die tottaak heeft om zo efficient mogelijk de bronnen van de auto te regelen.Dit wordt gedaan om:de informatie tussen de regeleenheden te regelen;meerdere regeleenheden m.b.v. een netwerk te integreren;de informatie in het netwerk sneller te vervoeren;economische voordelen te bereiken, dankzij een verminderingvan de bekabeling/aansluitingen binnen het voertuig;een hoge kwaliteit en betrouwbaarheid te bereiken.Het voordeel van een CAN-systeem is de toepassingvan communicatie tussen een groot aantal regeleenheden, waardoorhet aantal signalen zeer hoog is.Om deze reden 'reizen' de signalen via eenseriele bus (dubbel) van het CAN, door een kabel met een hoog niveau(H) en een kabel met een laag niveau (L); de signalen op het netwerkworden gevormd door verschillen, d.w.z. dat de waarde van een bitwordt weergegeven als het verschil tussen CAN-H en CAN-L.De verschillende elektronische eenheden(Knooppunten) vormen het systeem en zijn met het CAN-netwerk verbondenvia communicatie-verbindingen, de zogenaamde 'Transceivers'; dezeverbinding is in de regeleenheden geintegreerd en bestaat uit eenpoort (gate) om de informatie van en naar het CAN-netwerk of deseriele verbindingen te ontvangen/verzenden.De gegevens kunnen alleen circuleren opde seriele CAN-verbinding dankzij de toepassing van een 'transmissieprotocol'; het totaal van de regels die de verbindingen tussen tweeof meer knooppunten mogelijk maken waardoor gegevens of een 'gegevenspakket'kan worden uitgewisseld.De belangrijkste component in het netwerkis de Body Computer.De Body Computer laat ook het 'netwerk ontwaken';als het start-/contactslot in stand MAR wordt gezet (bij een storingvan de Body Computer, wordt deze taak overgenomen door het instrumentenpaneel).De Body Computer controleert ookhet netwerk, waardoor informatie geleverd kan worden over:de activiteiten van het netwerk;storingen van de afzonderlijke regeleenheden (knooppunten);de eventuele storingen van het CAN netwerk.De verschillende regeleenheden verwerkende diverse signalen van de betreffende sensoren, zowel voor de eigenwerking als voor de andere regeleenheden, die op het CAN zijn aangesloten.Bij deze auto bestaat het CAN uittwee netwerken, die knooppunten met verschillende functies met elkaarverbinden:C-CAN voor de dynamische regeling van de auto (hoge snelheid):CAN-H en CAN-L;B-CAN voor de interieurfuncties (lage snelheid): CAN-Aen CAN-B;de twee netwerken zijn verbonden via een 'gateway' (toegangspoort)in de Body Computer voor het overbrengen van gemeenschappelijkeinformatie. De diagnose van de knooppunten van het B-CANvindt plaats via het CAN, terwijl de diagnose van het C-CAN plaatsvindtvia speciale verbindingen (lijn K) 2430752ZieE8010MULTISTEKKER VOOR DIAGNOSE . De installatie maakt voor verschillendeverbindingen ook gebruik van extra 'traditionele' seriele verbindingen;bijvoorbeeld bij de verbinding tussen de Body Computer en de sirene/bewegingssensoren . Het vermogen wordt verdeeld via zekeringen-en relaiskasten en/of zekeringenhouders, die met de regelsystemenzijn verbonden (relais of statische actuatoren), zodat de maximalebeschermingsgraad ontstaan bij een zo simpel mogelijk bedrading 2430495ZieE1010BRANDSTOFSYSTEEM .
Functiebeschrijving De Body Computer M1 wordt direct vanaf de accu gevoed viahoofdzekering F1 in zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B1 oppen 18, stekker F van de verbinding met de zekeringen- en relaiskastonder het dashboard B2 . De Body Computer M1 wordt vanaf hetcontactslot (INT) gevoed op pen 9, stekker F van de verbinding metde zekeringen- en relaiskast onder het dashboard B2 : ditsignaal dient, onder andere, voor het 'ontwaken' van het netwerk. Pen 9 en 8 van stekker I op M1 liggenaan massa. De met de Body Computer M1 verbondenknooppunten van het hoge snelheid C-CAN zijn:regeleenheid elektrische stuurbekrachtiging M86inspuitregeleenheid M10 ;ABS-regeleenheid M50 ;automaat-regeleenheid M54 ;gierhoeksensor K074De met de Body Computer M1 verbondenknooppunten van het lage snelheid B-CAN zijn:dashboardregeleenheid B2 ;instrumentenpaneel E50knooppunten bestuurdersportier M66 en passagiersportier M67 ;radiobediening op stuurwiel D47 ;autoradio P20 ;klimaatregeleenheid M70 .
MULTIFUNCTIONELE COMPONENTEN
5505A13
0Uitbouwen201Inbouwen21Open de motorkap.1. Maak de borgingen (1a) los en verwijder het deksel (1b). 2044997
0Uitbouwen201Inbouwen212432191-7040A30BEKLEDING LINKSONDERDASHBOARD - U.I.1. Maak de stekkers (1a, 1b, 1c, 1d, 1e, 1f) los.2. Draai de linker bevestigingsbout van de steuntraverse voor hetdashboard los.3. Draai de bevestigingsbouten van de body computer/zekeringen-en relaiskast los.4. Verplaats de dashboardbekleding (4a) iets en verplaats de bodycomputer/zekeringen- en relaiskast (4b) omlaag.5. Maak de stekkers (5a, 5b, 5c) los.6. Verwijder de body computer/zekeringen- en relaiskast.2045005
768Draai het contactslot op STOP en verwijder de sleutel.Maak de accuklemmen los van de accu en isoleer de klemmen.Wacht 10 minuten voordat wordt verdergegaan.768
5580C86
768
5580C10
0Uitbouwen201Inbouwen21Open de motorkap.Controleer of de accu nog is losgekoppeld.1. Maak de stekker los van de sensor.2. Draai de moer los.3. Verwijder de sensor.2052933
768Draai het contactslot op 'STOP' en verwijder de sleutel;Maak de accu los.769
5580C40
768Draai het contactslot op 'STOP' en verwijder de sleutel;Maak de accu los.
5580C44
768768
5580C50
768Draai het contactslot op 'STOP' en verwijder de sleutel;Maak de accuklemmen los van de accu en isoleer de klemmen.Wacht 10 minuten voordat wordt verdergegaan.768
1Inbouwen210Uitbouwen20Plaats het gasklephuis in de zitting endraai de bijbehorende bouten vast.Sluit de massakabel aan op de inspuitregeleenheiden draai de bijbehorende bout vast.Sluit de stekker aan op de stationair-toerentalregelaar.Sluit de stekker van de gasklepsensor aan. Plaats de inspuitregeleenheid in de zittingen draai de bijbehorende bouten vast.Plaats de gaskabel en bevestig de gaskabelaan de steunbeugel.Sluit de gaskabel aan op de gasklepbediening. Ga verder met het inbouwen 2431543-1068A10GASMECHANISME MET GASPEDAAL- Controleren, ev. Afst. en smeren . Ga verder met het inbouwen 2431527-1048A10COMPLEET LUCHTFILTER- U.I. . Sluit de minklem (-) aan op de accu.
1056B50
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu. Ga verder met het uitbouwen 2431527-1048A10COMPLEET LUCHTFILTER- U.I. . 1. Maak de stekker los van de koelvloeistoftemperatuursensor.2. Maak de klem los en maak de koelvloeistoftoevoerslang van dekachelradiateur los aan de zijde van de koelvloeistoftemperatuursensor.767Vang de weglekkende koelvloeistofop in een geschikte opvangbak.3. Draai de bouten (3a) los en verwijder de koelvloeistoftemperatuursensor(3b) langs de onderzijde.2043753
1056B51
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de fasesensor.2. Draai de bout (2a) los en verwijder de fasesensor (2b).2043754
1056B54
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de inlaattemperatuur-/druksensor.2. Draai de bout (2a) los en verwijder de inlaattemperatuur-/druksensor(2b).2043755
1056B60
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu. Ga verder met het uitbouwen 2431527-1048A10COMPLEET LUCHTFILTER- U.I. . 1. Draai de beschermplug (1a) op de brandstofverdeelleiding losen maak het brandstofsysteem m.b.v. gereedschap (1b) drukloos.767Vang de weglekkende brandstofop.2043756
1056B68
0Uitbouwen201Inbouwen21 Ga verder met het uitbouwen ,houd er rekening mee dat dit betrekking heeft op alle inspuitventielen.
1056B70
0Uitbouwen201Inbouwen211. Verwijder de beveiligingsborging.2. Verwijder het inspuitventiel.2043758
1056B78
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de koppelingspedaalschakelaar.2. Draai de schakelaar op het koppelingspedaal en verwijder de schakelaar.2043759
1056B82
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu. Ga verder met het uitbouwen 2431527-1048A10COMPLEET LUCHTFILTER- U.I. . 1. Maak de borgmechanismen (1a) los en maak de stekkers (1b) losvan de inspuitregeleenheid.2. Draai de bouten (2a) los en verwijder de inspuitregeleenheid(2b).2043760
1056B15
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu. Ga verder met het uitbouwen 2431610-1048A32SLANG van luchtfilternaar inlaatspruitstuk - U.I. . 1. Maak de stekker los van het gasklephuis met M.D.S.2. Draai de bouten (2a) los en verplaats de steunbeugel (2b) compleetmet de inspuitregeleenheid (2c) opzij.3. Draai de resterende bout (3a) los en verwijder het complete gasklephuismet M.D.S. (3b).2043975
1056B87
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu. Ga verder met het uitbouwen 2431540-1056B82REGELEENHEID van inspuiting/ontsteking- U.I. . 1. Draai de bouten (1a) los en verwijder de steun (1b) voor de inspuitregeleenheid.2043984
1056B90
0Uitbouwen201Inbouwen21Zet de auto op een hefbrug. Ga verder met het uitbouwen 2432010-5530B10ACCU - U.I. . Ga verder met het uitbouwen 2432013-5530B52HOUDER/STEUN voor accu- U.I.. . Ga verder met het uitbouwen 2431527-1048A10COMPLEET LUCHTFILTER- U.I. . 1. Maak de klem los en maak de carterventilatieslang los van demof tussen het luchtfilter en het inlaatspruitstuk.2. Maak de klem los, maak de mof tussen het luchtfilter en het inlaatspruitstuklos van het spruitstuk en verwijder de mof.2043985
ELEKTRONISCH REGELSYSTEEM VOOR HOGEDRUKDIESELPOMP
1060G10
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de luchtkwantummeter.2. Maak de klem los en maak de luchttoevoerslang vanaf de turbocompressorlos van de luchtkwantummeter.3. Draai de bouten (3a) los en verwijder de luchtkwantummeter (3b).2052636
1060G14
0Uitbouwen201Inbouwen21Zet de auto op een hefbrug. Ga verder met het uitbouwen . 1. Maak de klem los en maak de onderste radiateurslang los van deradiateur.767Tap de koelvloeistof af ineen geschikte opvangbak.2052637
1060G16
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de luchtkwantummeter.2. Maak de klem los en maak de luchttoevoerslang vanaf de turbocompressorlos van de luchtkwantummeter.2052640
1060G20
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu. Ga verder met het uitbouwen . 1. Maak de stekker van de toerental-/BDP-sensor los.2. Draai de bout (2a) los en verwijder de toerental-/B.D.P.-sensor(2b).2052643
1060G22
0Uitbouwen201Inbouwen21Zet de auto op een hefbrug.Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de luchtkwantummeter.2. Maak de klem los en maak de luchttoevoerslang vanaf de turbocompressorlos van de luchtkwantummeter.2052645
1060G28
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de luchtkwantummeter.2. Maak de klem los en maak de luchttoevoerslang vanaf de turbocompressorlos van de luchtkwantummeter.2052648
1060G38
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de rempedaalschakelaar.2. Draai de schakelaar op het rempedaal en verwijder de schakelaar.2052652
1060G42
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de koppelingspedaalschakelaar.2. Draai de schakelaar op het koppelingspedaal en verwijder de schakelaar.2052653
1060G80
0Uitbouwen201Inbouwen21Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Maak de stekker los van de luchtkwantummeter.2. Maak de klem los en maak de luchttoevoerslang vanaf de turbocompressorlos van de luchtkwantummeter.2052654
1060G90
0Uitbouwen201Inbouwen21Zet de auto op een hefbrug. Ga verder met het uitbouwen 2432010-5530B10ACCU - U.I. . Ga verder met het uitbouwen 2432013-5530B52HOUDER/STEUN voor accu- U.I.. . 1. Maak de stekker los van de luchtkwantummeter.2. Maak de klem los en maak de luchttoevoerslang vanaf de turbocompressorlos van de luchtkwantummeter.2052657
ABS-regeleenheid
M50
REGEL-/CONTROLESYSTEMEN (A.B.S.)
3340A12
0Uitbouwen201Inbouwen21 Ga verder met het uitbouwen 2432010-5530B10ACCU - U.I. . Ga verder met het uitbouwen 2432013-5530B52HOUDER/STEUN voor accu- U.I.. . 1. Verwijder de beschermdop op de ontluchtingsnippel van de remtang.2. Sluit het opvangsysteem (slang en reservoir) aan op de ontluchtingsnippelvan de remtang.3. Open de ontluchtingsnippel op de remtang.Wacht tot het rem-/koppelingsvloeistofreservoirleeg is.2044760
0Uitbouwen201Inbouwen21.767In de volgende procedureis het uit-/inbouwen van de toerentalsensor voor het linker achterwielbeschreven; ga voor de toerentalsensor bij het rechter achterwielop dezelfde wijze te werk.Zet de auto op een hefbrug.Controleer of de contactsleutel in stand'STOP' staat en maak de minklem (-) los van de accu.1. Draai de bout (1a) los en verwijder de toerentalsensor (1b) voorhet achterwiel uit de zitting.2. Maak de kabel voor de toerentalsensor op het achterwiel los uitde bevestigingen op de achterwielophanging.2044773
0Uitbouwen201Inbouwen211. Draai de bevestigingsbouten van de motor los.2. Maak de stekker (2a, 2b) los van de motor.3. Maak de motor van de luchtverdeling (3a) of de luchtmenging (3b)los van de aansluiting en verwijder de motor.2044976
0Uitbouwen201Inbouwen212432186-7040A18DASHBOARDKASTJE - Hers.1. Draai de bevestigingsbouten van de motor los.2. Maak de stekker los van de motor.3. Maak de motor los van de aansluiting en verwijder de motor.2044977
5040D96
0Uitbouwen201Inbouwen212432186-7040A18DASHBOARDKASTJE - Hers.1. Draai de bevestigingsbouten van de motor los.2. Maak de stekker los van de motor.3. Maak de motor los van de aansluiting en verwijder de motor.2044978
0Uitbouwen201Inbouwen211. Plaats de gereedschappen (1a) (gereedschapnummer 46515517) geheelin de openingen (1b) van de autoradio.2. Druk de gereedschappen (1a) aan, druk ze naar buiten en trekm.b.v. de gereedschappen de autoradio (2a) los.2045082
We use cookies on our website to give you the most relevant experience by remembering your preferences and repeat visits. By clicking “Accept All”, you consent to the use of ALL the cookies. However, you may visit "Cookie Settings" to provide a controlled consent.
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may affect your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.