Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK – VDC – – ELEKTRISCH SCHEMA, OPSTELLING COMPONENTEN, BESCHRIJVING VAN DE WERKING – ELEKTRISCH SCHEMA, OPSTELLING COMPONENTEN, BESCHRIJVING VAN DE WERKING

Get access to all wiring diagrams of the car

Elektrisch schema - VDC - Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK

VDC - ELEKTRISCH SCHEMA Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK

Get access to all wiring diagrams of the car

Componenten - VDC - Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK

Componentcode	Omschrijving	Verwijzing naar unit
B1	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST IN MOTORRUIMTE.	-
B1	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST IN MOTORRUIMTE.
B2	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST ONDER DASHBOARD
B5	MAXI-FUSE HOOFDZEKERINGENHOUDER	-
B99	HOOFDZEKERINGENHOUDER OP ACCU
C12	MASSA-AANSLUITING VOOR VOOR ABS	-
C15	MASSA OP DASHBOARD BESTUURDERSZIJDE	-
D1	STEKKER VOOR / DASHBOARD ( VOOR )	-
D43	STEKKER DASHBOARD /MIDDENCONSOLE	-
D97	KORTSLUITSTEKKER	-
E50	INSTRUMENTENPANEEL
H1	START-/CONTACTSLOT
H35	SCHAKELAARS OP TUNNEL ( ELEKTRISCHE FUNCTIES )
I30	REMPEDAALSCHAKELAAR ( VOOR )
K58	STUURHOEKSENSOR ( VOOR )
K70	SENSOR OP LINKER VOORWIEL VOOR ABS ( VOOR )
K71	WIELSENSOR RECHTSVOOR VOOR ABS
K72	DRUKSENSOR VDC ( VOOR )
K74	GIERHOEKSENSOR (VDC)
K75	SENSOR OP LINKER ACHTERWIEL VOOR ABS ( ELEKTRISCHE FUNCTIES )
K76	SENSOR OP RECHTER ACHTERWIEL VOOR ABS ( ELEKTRISCHE FUNCTIES )
M1	BODY COMPUTER
M10	REGELEENHEID MOTORMANAGEMENTSYSTEEM	1056B
M10	REGELEENHEID MOTORMANAGEMENTSYSTEEM
M50	ABS-REGELEENHEID ( VOOR )

Beschrijving - VDC - Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK

Het elektronische anti-blokkeersysteem met tractieregeling (BOSCH 5.7 ABS met ASR) regelt de remdruk op de wielen om slippen te voorkomen ongeacht de conditie van het wegdek of de wielen en regelt de tractieregeling (ASR = ANTISLIP REGULATION), dat automatisch werkt als wordt gesignaleerd dat een of beide aangedreven wielen doorslipt.Het systeem is geintegreerd in het conventionele remsysteem en vormt hierop geen vervanging. Hierdoor kan bij een storing in het anti-blokkeersysteem op normale wijze met het conventionele remsysteem worden geremd.Via vier sensoren bij de wielen worden de snelheden van de wielen permanent aan de regeleenheid doorgegeven, zodat direct kan worden bepaald welk wiel blokkeert, slipt of de grip verliest.In deze situaties bedient de regeleenheid de magneetkleppen, waardoor de remdruk in het betreffende remcircuit wordt gemoduleerd, zodat het wiel weer gaat draaien en grip krijgt. Hierdoor wordt de remweg zo kort mogelijk en blijft bovendien de macht over het stuur behouden.De wielsensoren zijn van het ''actieve'' type en bestaan uit een ''Hall''-gever die bij een multipolaire magneetring in het wiellager is gemonteerd; hierdoor is het signaal minder gevoelig voor elektromagnetische straling en temperatuurwisselingen.Bovendien regelt de regeleenheid de remdrukverdeling tussen de voor- en achteras, waarbij de mechanische remdrukregeling is vervallen (''EBD''-functie: Electronic Brake Distribution'').De regeleenheid beschikt over zelfdiagnose: als er een storing in het ABS wordt gevonden, dan wordt een waarschuwingslampje ingeschakeld en het systeem buiten werking gesteld; de auto kan echter altijd met het conventionele remsysteem worden geremd.Als de regeleenheid een storing vindt in de EBD-functie, dan gaan ook het ''ABS''-waarschuwingslampje en het waarschuwingslampje voor ''te laag remvloeistofniveau/aangetrokken handrem'' branden.768- in deze situatie wordt de remdruk op de achteras niet langer aangepast, waardoor er zeer voorzichtig met de auto moet worden gereden.Het ASR verhoogt de stabiliteit en actieve veiligheid van de auto, omdat het het doorslippen van de aangedreven wielen regelt: als het doorslippen wordt veroorzaakt door een te hoog vermogen, dan wordt - samen met de inspuitregeleenheid - het motorvermogen verlaagd; als slechts een wiel doorslipt, dan remt het systeem het doorslippende wiel af m.b.v. de bijbehorende modulatorklep.Het ABS-ASR is bovendien voorzien van VDC (VEHICLE DYNAMICS CONTROL). Dit is een elektronisch systeem, dat de stabiliteit van de auto bewaakt, door het motorkoppel en de remwerking op de wielen afzonderlijk te regelen als de wielen hun grip verliezen. Hierdoor blijft de auto beter op koers.Het VDC beinvloedt de motor en de remmen, waardoor een stabiel koppel wordt geleverd als de ABS-sensoren de omstandigheden signaleren waarin de auto kan gaan slippen.De componenten van het VDC zijn, naast de componenten van het ABS:een stuurhoeksensor voor de stand van het stuurwiel;een sensor die de rotatie van de auto ten opzichte van de verticale as en de zijwaartse versnelling meet (gierhoeksensor);een druksensor voor de druk op het hydraulische aggregaat van het ABS (druksensor);De regeleenheid verwerkt de informatie van de sensoren en kan elk moment de stand van de auto herkennen en deze vergelijken met de ideale koers, die de bestuurder wil volgen. Als een afwijking optreedt, kiest en bedient de regeleenheid de wijzigingen die nodig zijn om de auto op de gewenste koers te houden: een of meerdere wielen worden met een verschillende remkracht afgeremd en, zo nodig, wordt het vermogen van de motor verlaagd.Het VDC-systeem schakelt automatisch in als de motor wordt gestart en kan niet worden uitgeschakeld.Het ASR wordt automatisch ingeschakeld als de motor wordt gestart: het systeem kan worden uitgeschakeld m.b.v. de schakelaar op de middenconsole. Als het systeem is uitgeschakeld, dan brandt de led op de schakelaar en het lampje op het instrumentenpaneel.Het lampje knippert als het systeem werkt, zodat de bestuurder wordt geinformeerd over de werking van het ASR of VDC door te weinig grip op het wegdek.Als de regeleenheid een storing signaleert in het ''ASR'' of ''VDC'', dan gaat het lampje continu branden.

Functiebeschrijving - VDC - Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK

De ABS-regeleenheidM50wordt gevoed (op pen 2 en 6) door de accu via de hoofdzekering F4 in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimteB1.De voeding vanaf het contactslot (INT) is aangesloten op pen 23 via zekering F42 in zekeringen- en relaiskast onder het dashboardB2.De regeleenheid is via pen 1 en 5 met massa verbonden.De vier sensorenK70,K71,K75,K76leveren informatie over de wielsnelheden aan respectievelijk aan pen 28-12, 15-16, 13-14 en 30-31 vanM50.De rempedaalschakelaarI30 levert bij een ingetrapt rempedaal een toestemmingssignaal (via het normaal open contact) aan pen 32 van de regeleenheid M50: iedere ingreep van het ABS-systeem is geblokkeerd als het rempedaal niet is ingetrapt;de schakelaarI30krijgt de voeding vanaf het contactslot (INT) via zekering F37 in zekeringen- en relaiskastB2.Bij losgelaten rempedaal zendt het normaal gesloten contact een signaal aan pen 20 van regeleenheidM50; dit contact van schakelaarI30wordt gevoed vanaf het contactslot (INT) via zekering F35 in zekeringen- en relaiskastB2.De toets ''ASR OFF'' op paneelH35 zendt het uitschakelsignaal naar pen 27 van M50; vanaf pen 18 wordt het inschakelsignaal voor de led op paneel H35 bij ingeschakeld systeem herhaald. Vanaf pen 37 vanM50wordt het ''discrete'' snelheidsmetersignaal aan de Body ComputerM1geleverd; dit signaal wordt ook via het CAN herhaald.De stuursensorK58wordt door de ABS-regeleenheidM50(pen 39) van voeding voorzien; vanaf pen 21 wordt de referentiemassa ontvangen: het signaal, waarmee krachtige stuurbewegingen worden gesignaleerd, wordt via het CAN aan de inspuitregeleenheidM1en de ABS-regeleenheidM50geleverd.De gierhoeksensorK74wordt door de ABS-regeleenheidM50(pen 39) van voeding voorzien; vanaf pen 21 wordt de referentiemassa ontvangen: de bedienings- en controle-signalen worden met de ABS-regeleenheidM50uitgewisseld op de pennen 8, 9, 10 en 41.De druksensorK72wordt door de ABS-regeleenheidM50(pen 42) van voeding voorzien; vanaf pen 25 wordt de referentiemassa ontvangen: het druksignaal wordt geleverd aan pen 26 van de ABS-regeleenheidM50.Via het CAN is de ABS-regeleenheidM50verbonden - vanaf pen 24 en 40 - met Body ComputerM1en met instrumentenpaneelE50voor het regelen van het ABS-waarschuwingslampje en, bij storingen in het EBD, het lampje ''te laag remvloeistofniveau/aangetrokken handrem''. Het VDC en ASR bedienen het VDC-lampje, zoals hiervoor is beschreven.De gegevens van de zelfdiagnose kunnen worden uitgelezen via stekker G van Body ComputerM1- pen 1; deze ontvangt de signalen van pen 11, stekker A van regeleenheidM50via de diagnose-verbinding.

Opstelling van componenten - VDC - Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK

VDC - OPSTELLING VAN COMPONENTEN Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK

Get access to all wiring diagrams of the car

Componenten - VDC - Alfa Romeo GT 1.8 T.SPARK

Componentcode	Omschrijving	Verwijzing naar unit
B1	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST IN MOTORRUIMTE.	-
B1	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST IN MOTORRUIMTE.
B2	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST ONDER DASHBOARD
B5	MAXI-FUSE HOOFDZEKERINGENHOUDER	-
B99	HOOFDZEKERINGENHOUDER OP ACCU
C12	MASSA-AANSLUITING VOOR VOOR ABS	-
C15	MASSA OP DASHBOARD BESTUURDERSZIJDE	-
D1	STEKKER VOOR / DASHBOARD ( VOOR )	-
D43	STEKKER DASHBOARD /MIDDENCONSOLE	-
D97	KORTSLUITSTEKKER	-
E50	INSTRUMENTENPANEEL
H1	START-/CONTACTSLOT
H35	SCHAKELAARS OP TUNNEL ( ELEKTRISCHE FUNCTIES )
I30	REMPEDAALSCHAKELAAR ( VOOR )
K58	STUURHOEKSENSOR ( VOOR )
K70	SENSOR OP LINKER VOORWIEL VOOR ABS ( VOOR )
K71	WIELSENSOR RECHTSVOOR VOOR ABS
K72	DRUKSENSOR VDC ( VOOR )
K74	GIERHOEKSENSOR (VDC)
K75	SENSOR OP LINKER ACHTERWIEL VOOR ABS ( ELEKTRISCHE FUNCTIES )
K76	SENSOR OP RECHTER ACHTERWIEL VOOR ABS ( ELEKTRISCHE FUNCTIES )
M1	BODY COMPUTER
M10	REGELEENHEID MOTORMANAGEMENTSYSTEEM	1056B
M10	REGELEENHEID MOTORMANAGEMENTSYSTEEM
M50	ABS-REGELEENHEID ( VOOR )