BeschrijvingHet plafondlampje voor bevat twee lampjes die met twee schakelaars kunnen worden bediend.Met de linker schakelaar kunnen de volgende functies worden ingesteld:middenstand: inschakeling met bepaalde brandduur van twee lampjeslinker stand: beide lampjes altijd uit;rechter stand: beide lampjes altijd aan.Met de rechter schakelaar kan een van de lampjes worden ingeschakeld:linker stand: lampje links altijd aan;rechter stand: lampje rechts altijd aan;middenstand: beide lampjes altijd uit.Het plafondlampje achter met een lampje werkt op de wijze die afhankelijk is van de stand van het lampenglas, waarmee de inwendige schakelaar wordt bediend:neutrale stand: inschakeling met bepaalde brandduur;stand aan een kant: lampje altijd uit;stand aan andere kant: lampje altijd aan.De brandduur van de twee plafondlampjes is afhankelijk van het door de Body Computer uitgevoerde programma:als een portier wordt geopend, dan laat de tijdschakeling de twee plafondlampjes 3 minuten branden;als een achterportier wordt geopend, dan laat de tijdschakeling alleen het plafondlampje achter 3 minuten branden;als bij geopend portier een ander portier (voor of achter) wordt geopend, dan begint de tijdtelling van 3 minuten op nul;als een portier langer dan 3 minuten geopend blijft, dan gaan de plafondlampjes uit en blijven uit, totdat een ander portier wordt geopend;als tijdens deze 3 minuten alle portieren worden gesloten, wordt een tweede tijdschakeling van 7 seconden gestart. Dit wordt onderbroken als het start-/contactslot op MAR wordt gezet;als de auto m.b.v. de afstandsbediening wordt ontgrendeld, dan gaan de plafondlampjes gedurende 10 seconden branden; de tijdschakeling wordt onderbroken als het start-/contactslot op MAR wordt gezet;als de portieren worden vergrendeld, dan gaan de plafondlampjes uit.Het doven en gaan branden vindt geleidelijk plaats (dimmer) met een duur van 2 seconden.Als het start-/contactslot op STOP wordt gezet, dan controleert de Body Computer of de sleutel wordt uitgenomen (afwezigheid van de transponder): onder deze omstandigheden gaan het plafondlampje voor en achter op de hiervoor beschreven wijze werken.De plafondlampjes gaan branden (zonder dimmer) als de traagheidsschakelaar wordt geactiveerd (de informatie bereikt via het CAN het instrumentenpaneel).De functie wordt ingeschakeld bij start-/contactslot op stand MAR en blijft ingeschakeld gedurende maximaal 15 minuten.De Body Computer ontvangt doorlopend het signaal 'accuspanning' en vergelijkt dit met de limieten: als de gemeten accuspanning lager is dan de drempelwaarde, dan wordt via het CAN een signaal voor het uitschakelen van enkele verbruikers verzonden: hieronder bevinden zich de plafondlampjes voor en achter; de functie wordt ingeschakeld bij start-/contactslot op stand STOP. Als de Body Computer signaleert dat een portier of de achterklep is geopend en de snelheid hoger is dan 3 km/h, dan wordt een geluidssignaal gegeven.
Functiebeschrijving De Body Computer M1 ontvangt de ingangssignalen 'geopend portier' op pen 8 (portier linksvoor), 25 (portier rechtsvoor), 16 (portier linksachter) en 26 (portier rechtsachter) van stekker E. Afhankelijk van de hiervoor beschreven tijdregeling voedt de Body Computer M1 de twee plafondlampjes:vanaf pen 23, stekker E wordt het plafondlampje voor G10 gevoed; vanaf pen 21 van dezelfde stekker wordt het massasignaal voor de tijdregeling geleverd;vanaf pen 33, stekker E wordt het plafondlampje achter G20 gevoed; vanaf pen 37 van dezelfde stekker wordt het massasignaal voor de tijdregeling geleverd; Via het CAN is de Body Computer M1 verbonden met het instrumentenpaneel E50 . Van deze wordt het signaal 'geactiveerde traagheidsschakelaar' ontvangen, waardoor de plafondlampjes gaan branden en waaraan een signaal wordt geleverd waarmee, zonodig, het waarschuwingslampje 'geopend portier' gaat branden. Via het CAN 3027060ZieE1050VERBINDINGSLIJNEN CAN wordt het signaal 'te lage accuspanning' ontvangen, waardoor de eventueel brandende plafondlampjes worden uitgeschakeld.
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen213029702-7040A37AFDEKKLEPJE zekeringenop dashboard - U.I.1. Maak de stekkers (1a, 1b, 1c, 1d, 1e, 1f) aan de voorzijde los.2. Draai de bevestigingsbouten van de regeleenheid los.3. Draai de aangegeven bevestigingsbouten van de dashboardbekledinglos.2004865
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Controleer of de contactsleutel in stand 'STOP' staat en maakde minklem (-) los van de accu. 2. Open het deksel van de 'maxi-fuse'-houder.3. Draai de bevestigingsbouten van de 'maxi-fuse'-houder aan deaccu los.4. Draai de bevestigingsbout op de plusklem (+) van de accu ietslos.5. Maak de 'maxi-fuse'-houder los van de accu en verplaats de houderopzij.2004975
5530B14
Houd de volgende voorzorgsmaatregelenaan.769768768
5530B18
Houd de volgende voorzorgsmaatregelenaan.769Met de accu met de optische zuurweger kaneen globale indicatie van het elektrolytniveau en de ladingstoestandworden gecontroleerd, afhankelijk van de kleur van de zuurweger: een lichte en heldere kleur geeft een telaag elektrolytniveau aan: vul bij met gedistilleerd water;een donkere kleur zonder groen in het middengeeft een juiste elektrolytniveau aan, maar een lage ladingstoestand:laad de accu; een donkere kleur met groen in het middengeeft een juist elektrolytniveau en juiste ladingstoestand aan:er hoeven geen werkzaamheden te worden uitgevoerd. Zie voor meer informatie BESCHRIJVINGENEN WERKING - 5530768Voer de volgende werkzaamheden uit.Controleer de onbelaste accuspanning m.b.v.goedgekeurde meetapparatuur (bijv. 'MICRO 360'). Voer, afhankelijk van de gemeten spanning,de volgende werkzaamheden uit.Bij een onbelaste spanning lager dan 12,10V, moet de accu worden vervangen (). 5530B10).Bij een onbelaste spanning hoger dan 12,10V, maar lager dan 12,50 V, moet de accu worden geladen (). 5530B14).Bij een onbelaste spanning hoger dan 12,50V is de accu voldoende geladen.Vul zonodig op de volgende wijze het elektrolytbij.Verwijder voorzichtig de celdoppenstrip.Vul bij met gedesioniseerd en gedestilleerdwater, waarbij lekkage van elektrolyt moet worden voorkomen.768
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen21Zet de auto op een brug.Open de motorkap.1. Maak de borgingen (1a) los en verwijder het deksel (1b).2004980
5530B40
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen21Open de motorkap.1. Maak de borgingen (1a) los en verwijder het deksel (1b). 2004986
5530B52
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen21Ga verder met het uitbouwen 3029434-5530B10ACCU - U.I. .1. Verwijder het deksel van de zekeringen- en relaiskast.2. Draai de moer (2a) los en maak de massakabel (2b) van de zekeringen-en relaiskast los.2004990
5530B60
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen213029434-5530B10ACCU - U.I.1. Verwijder de opvangbak onder de accu.2. Draai de bouten (2a) los en de bevestigingsbout (2b) van de accuhouderiets los.3. Verplaats de accuhouder iets.4. Maak de bevestigingsdop van de riem los.5. Verwijder de riem.2005002
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Verwijder de borgingen van het schakelaarpaneel van het dashboard.2. Maak de stekker los.3. Verwijder het schakelaarpaneel.2005045
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Verwijder het plafondlampje.767Werk vanaf de aangegevenzijde.2. Maak de stekker los.3. Trek zonodig de gloeilamp uit de borgveren.2005309
7040E21
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Verwijder het deksel van het plafondlampje.2. Verwijder zonodig de lamp (met klemfitting).2005310
7040E24
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Draai de bout los.2. Verwijder het plafondlampje uit de borgingen.3. Maak de stekker los.2005311
7040E40
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Verwijder het plafondlampje uit de borgingen door op de aangegevenzijde te drukken.2. Verplaats het plafondlampje iets en maak de stekker los.2005313
<anchor>0</anchor><span>Uitbouwen</span><icon><imageid>20</imageid></icon>1Inbouwen211. Bedien zonodig de hefboom voor de stuurhoogteverstelling.2. Draai de bevestigingsbouten van de onderste bekleding los.3. Verwijder de onderste bekleding door deze los te maken van deinwendige borgingen en het stuur.2004920
We use cookies on our website to give you the most relevant experience by remembering your preferences and repeat visits. By clicking “Accept All”, you consent to the use of ALL the cookies. However, you may visit "Cookie Settings" to provide a controlled consent.
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may affect your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.
Čeština
Dansk
Deutsch
Ελληνικά
English
English
Español
Suomi
Français
Français
עברית
Hrvatski
Magyar
Italiano
日本語
한국어
Polski
Português
Português
Română
Русский
Slovenčina
Slovenščina
Svenska
Türkçe
中文 (中国)
